Onderzoek naar gezonde en veilige voeding is sinds 1940 een belangrijk onderzoeksgebied van de acht jaar daarvoor opgerichte organisatie voor Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoek (TNO).

In dat jaar werd een Voedingsorganisatie aan TNO toegevoegd en tot op heden is voeding in relatie tot gezondheid een centraal thema gebleven. Hoe het voedingsonderzoek bij TNO zich in die decennia ontwikkelde en welke maatschappelijke vraagstukken rond voeding hieronder lagen, komt uitgebreid aan bod in het ruim opgezette onderzoeksproject dat SHT in opdracht van TNO ter gelegenheid van het tachtigjarig bestaan uitvoerde.

TNO-ONDERZOEK

Kort na de Tweede Wereldoorlog was voedselschaarste nog een probleem in Nederland maar gaandeweg verschenen steeds meer voedingsproducten in de winkelschapen, die bovendien steeds vaker samengesteld waren. Processen van bewerking, kunstmatige toevoegingen (additieven) en nieuwe verpakkingsmaterialen maakten voeding aantrekkelijker, beter en langer houdbaar. De afstand tussen voedselproducent en –consument groeide. TNO-onderzoek naar de verschillende stappen in voedselproductieketens had het doel de voedingsmiddelenindustrie aan innovatieve producten en productieprocessen te helpen terwijl tegelijkertijd consumenten op veilig voedsel moesten kunnen vertrouwen. Daarnaast deed TNO onderzoek naar gezondheidseffecten van voedingsmiddelen, zoals de relatie tussen vetten en hart- en vaatziekten en, via inhalatieonderzoek, naar de schadelijkheid van het roken van tabak.

Onderzoekers: Eric Berkers en Harry Lintsen