SHT plaatst de Europese integratie in een breder historisch perspectief. We kijken verder dan het politieke top-down integratieproces, maar laten zien hoe ingenieurs, bedrijven, consumenten en organisaties al sinds het midden van de negentiende eeuw vorm en inhoud geven aan Europa. In het bijzonder kijken we naar de rol daarbij van wetenschap en techniek.

Al jarenlang wordt gediscussieerd over de toekomst van de Europese integratie. De grenzen van Europese samenwerking – tenminste in EU-verband – lijken soms bereikt. Het nieuws wordt gedomineerd door Brexit, de Europese vluchtelingenproblematiek, arbeidsmigratie, veiligheid, de toekomst van de Euro, de uitholling van de rechtstaat in enkele EU-landen, en zo meer. SHT laat zien dat Europa veel meer is dan de in politieke verdragen vastgelegde Europese Unie en via transnationale netwerken en infrastructuren onlosmakelijk onderdeel is van onze dagelijkse praktijk.

DE UITDAGING

Europese integratie is overal

De toekomst van de Europese integratie staat hoog op de politieke én maatschappelijke agenda. Daarbij staat vooral de recente economische en politieke samenwerking in EU-verband centraal. Vergeten wordt vaak   dat Europese integratie veel verder gaat dan dat. Al sinds het midden van de negentiende eeuw krijgt het moderne Europa vorm doordat zich op verschillende domeinen processen van integratie voordoen. Veel langer dan we beseffen maakt Europa al   nadrukkelijk deel uit van onze moderne samenleving.

Europa kreeg namelijk niet alleen vorm via politieke en economische verdragen, maar ook via grensoverschrijdende netwerken en infrastructuren. Deze maakten het mogelijk dat binnen Europa personen, goederen,  energie, ideeën, kennis en informatie circuleerden.

Om de ontwikkeling van de Europese samenwerking en integratie beter te

begrijpen, moeten we het kader waarbinnen het project Europa geanalyseerd wordt, verruimen en het tijdsperspectief verlengen. We moeten verder kijken dan de politiek-economische ontwikkelingen van de afgelopen decennia en ook kijken naar veel oudere en andere vormen van onderlinge verbindingen, afspraken en samenhangen tussen Europese landen. Uiteraard mogen in de analyses de scheidslijnen, inclusief de breuken van oorlogen, nationalisme en mondiale spanningen, niet ontbreken.

SHT kijkt naar de rol die wetenschap en technologie speelden bij het stimuleren of blokkeren van transnationale samenwerking. Naar de wijze waarop ingenieurs, gebruikers, ondernemers en wetenschappers in de afgelopen anderhalve eeuw Europa hebben verkend, gebouwd en gecommuniceerd. Kortom, naar de manier waarop hun denken en handelen bijdroeg aan de toekomst van Europa.

DE ACHTERGROND

Wie bouwde Europa?

We zijn ons er vaak niet van bewust maar Europa maakt volop deel uit van ons dagelijks leven. Ons elektriciteitsnetwerk stopt niet bij de landsgrens, maar is onderdeel van een grensoverschrijdend Europees systeem; snelweg A2 stopt niet bij Maastricht, maar verbindt Amsterdam via de Europese Route du Soleil met de Franse zuidkust; de positie van de Rotterdamse haven is gebaseerd op goederenvervoer naar het Duitse achterland; universiteiten maken deel uit van internationale kennisnetwerken. Eurovisie, Euratom, het Europese Geneesmiddelenbureau, ESA (en de voorganger ESRO), Interrail, het zijn stuk voor stuk voorbeelden van organisaties, die ieder

op hun eigen domein en niveau vorm en inhoud gaven en geven  aan Europese samenwerking.

Door de verschillende vormen van grensoverschrijdende samenwerking in een langetermijnperspectief te plaatsen maken we zichtbaar wat hun invloed was en is op de totstandkoming en ontwikkeling van de Europese identiteit, op de afbakening van Europa, en op de rol van netwerken voor innovatieprocessen. Wie waren belangrijk voor het stimuleren van verandering? En wie waren de vaak onzichtbaar gebleven bouwers van Europese samenwerking?

HET ONDERZOEK

Technologie als aanjager van Europese verandering

SHT onderzoekt hoe technologie vanaf het midden van de negentiende eeuw werkte als aanjager van verandering op het terrein van Europese (des)integratie. Technologie wordt hier breed gedefinieerd. Het gaat niet alleen om machines, producten, systemen en infrastructuren, maar ook om vaardigheden en kennis waardoor ze werken. Bovendien wordt technologische verandering opgevat als een politiek, economisch en sociaal proces waarbij mensen en instellingen betrokken zijn.

Hoe hebben technische gemeenschappen, bedrijven, natiestaten en sociale groeperingen ‘Europa’ betwist, geprojecteerd, uitgevoerd en gereproduceerd bij het construeren en gebruiken van (nieuwe) technologieën? Hoe werkt dit door in het heden?

We kijken daarbij naar een aantal specifieke technologieën: netwerktechnologieën in de sectoren communicatie, vervoer en energie; kennisintensieve technologieën die de basis

vormden van grootschalige technologische Europese projecten; consumententechnologieën op een breed scala van gebieden, van vrije tijd, massamedia tot voedsel en bouw.

Sinds het begin van deze eeuw werken internationale wetenschappers samen met SHT aan een nieuwe Europese geschiedenis. Het onderzoek heeft belangrijke resultaten opgeleverd, die zijn gepubliceerd in de reeks Making Europe: Technology and Transformations 1850-2000.  De komende jaren wordt gewerkt aan een verdere verdieping en het leggen van dwarsverbanden.

De verworven inzichten worden op verschillende manieren verspreid: via boeken, artikelen, (virtuele) tentoonstellingen, podcasts, onderwijsmateriaal, lezingen en workshops.

  • Making Europe
  • Networking Europe
  • Cycling Cities: The European Experience
Publicaties